
Een groene tuin is goed voor het milieu én voor jezelf. Kies je voor gras in je tuin, ga dan voor een natuurlijk gazon. Zo’n levendig grasveld is minder onderhoudsgevoelig, beter bestand tegen droogte en een paradijs voor insecten en vogels. Met een paar eenvoudige aanpassingen zorg je dat jouw gazon meer leven krijgt, zonder extra werk.
Waarom een natuurlijk gazon beter is
Een levendig gazon is beter voor de natuur dan tegels of kunstgras. Voor steen en kunststof zijn veel grondstoffen en energie nodig, terwijl gras natuurlijk groeit en regenwater goed laat wegzakken. Bovendien zorgt gras voor verkoeling tijdens warme dagen, terwijl tegels juist warmte vasthouden. Wil je snel resultaat? Dan kun je kiezen tussen graszoden en gras zaaien. Graszoden geven direct een groene grasmat, maar kosten meer water en voeding bij de aanleg. Zelf gras zaaien is goedkoper en milieuvriendelijker, omdat er minder energie en meststoffen nodig zijn. In beide gevallen geldt: met natuurlijk onderhoud blijft je gazon langer gezond.
De juiste plek en grassoort kiezen
Gras groeit het beste op een lichte, luchtige bodem. Op plekken met veel schaduw kun je beter kiezen voor schaduw gras. Deze grassoort blijft ook mooi op vochtige of minder zonnige plekken. Groeit er weinig gras onder bomen of aan de noordkant van je huis? Dan kun je die delen van de tuin beter beplanten met bodembedekkers of schaduwplanten. Zo behoud je een groene uitstraling, ook waar gras minder goed groeit.
Minder maaien, meer leven
Door minder vaak te maaien geef je bloemen de kans om te groeien tussen het gras. Dat trekt bijen, vlinders en vogels aan. Maai bijvoorbeeld tot halverwege de zomer niet, zodat voorjaarsbloemen kunnen bloeien. Of maai juist één keer in het voorjaar en daarna pas weer in augustus voor een zomerse bloemenpracht.
Als je maait, houd dan een lengte van ongeveer zeven centimeter aan. In droge periodes is tien centimeter beter: langer gras houdt vocht vast en verdraagt hitte beter. Laat telkens een klein deel van het gras ongemaaid, zodat insecten daar kunnen schuilen. Een beetje maaisel kun je laten liggen, dat voedt de bodem. Grote hopen maaisel kun je beter weghalen of op de composthoop gooien.
Water geven op het juiste moment
Gras heeft niet veel water nodig. Alleen in droge periodes is sproeien nodig. Doe dat bij voorkeur in de vroege ochtend, zodat het water goed in de grond trekt voordat de zon hoog staat. In de avond sproeien lijkt handig, maar dan blijft het gras te lang nat. Dat vergroot de kans op schimmel en slakken. Nieuwe gazons of recent ingezaaid gras hebben de eerste maanden wel wat extra water nodig. Daarna zijn de wortels diep genoeg om zelf vocht uit de grond te halen.
Bemesten en verzorgen
Een gezond gazon groeit vaak prima zonder kunstmest. Laat na het maaien een beetje maaisel liggen als natuurlijke voeding en houd de bodem luchtig. Wil je toch extra voeding geven, gebruik dan compost of dierlijke mest in plaats van kunstmest. Organische meststoffen zijn beter voor het milieu en verbeteren de structuur van de bodem. Een luchtige bodem helpt wortels om dieper te groeien, waardoor het gras minder gevoelig is voor droogte en mos. Prik af en toe gaten met een riek of prikrol om de grond te verluchten. Mos verwijder je handmatig of met een verticuteerhark.
Een gazon met bloemen
Een gazon hoeft niet perfect egaal te zijn. Klaver, madeliefjes en paardenbloemen geven kleur en trekken bijen aan. Je kunt zelfs een deel van je tuin inrichten als bloemenweide. Door bloemenzaden tussen het gras te zaaien ontstaat een natuurlijk evenwicht waar planten en dieren goed gedijen. Bloemen zorgen niet alleen voor meer leven in je tuin, maar maken het onderhoud ook eenvoudiger: je hoeft minder te maaien en minder vaak te sproeien.
Duurzaam maaien
Maaien met de hand is beter voor het milieu dan met een benzinemaaier. Als handmatig maaien te zwaar is, gebruik dan een elektrische maaier. Die verbruikt minder energie en maakt minder lawaai. Let bij robotmaaiers op: gebruik ze alleen overdag, want ’s nachts kunnen ze egels verwonden die dan actief zijn.