Paardencoach Piet Zigterman Rustenburg uit Veendam heeft vanaf zijn jeugd altijd al interesse gehad in paarden. Inmiddels heeft hij al 30 jaar ongedwongen ervaringen met paarden. Ook bij het behandelen van paarden die speciale aandacht nodig hebben.

Zoals bij paarden die bijvoorbeeld na een ongeval een tik hebben gekregen. Of paarden die even een "duidelijke" baas boven zich moeten hebben. In de loop van de tijd heeft hij zijn rustgevende uitstraling op paarden ontdekt, ook bij paarden die nog vreemd waren. Hij heeft zich verdiept in de natuurlijke eigenschappen van het paard en in het karakter. De manier van omgaan onderling maakt het mogelijk om met overtuiging in harmonie met paarden om te gaan.

“Ook een paard heeft een baas nodig, sommige paarden hebben weinig nodig om te gaan doen wat van hen verlangt wordt”, weet de ervaren Zigterman Rustenburg. “Andere paarden hebben meer overtuigingskracht nodig. Dit is te bereiken door consequent te zijn. Niet bang zijn van het paard en als het nodig is corrigeren. Ook een paard heeft tijd nodig om te ontwikkelen. Het belangrijkste vind ik dat een paard zich goed gedraagt, zowel op stal als onder zadel.”

Op Ameland was Piet via parachutespringen, dat hij elk jaar deed, op de paarden gekomen. “Als het door te harde wind niet spring-baar weer was gingen we daar op de paarden strandritten maken. Paarden hebben me altijd al aangetrokken, maar was er toen als hobby meer mee gaan doen.”

Piet heeft 30 jaar op landelijk niveau met verschillende paarden in springconcoursen meegedaan. Het eerste paard was een lespaard van de manege in Tolbert. Dat groeide zo door tot hij zelf een paard aanschafte. Via VDL Stud, een internationaal paardenfokbedrijf, had hij contact opgenomen met een paardenverkoper in Amersfoort. Daar heeft hij zijn laatste paard aangeschaft. Met de wedstrijden werd het vanwege de leeftijd ook wat minder en was het idee ontstaan om zelf paarden te gaan fokken.

Voor twee jaar terug was de merrie Chantal in de stal gekomen aan het Beneden Verlaat. Piet woont met zijn vrouw Sylvia inmiddels 23 jaar aan het Beneden Verlaat in Veendam. Ze hadden een huis gezocht met veel ruimte er omheen en dat ook prijstechnisch nog net aantrekkelijk was. Waar Piet achter zijn huis drie stallen heeft voor meer paarden. En met voldoende uitloop gelegenheid.

Als het even kan gaan de paarden naar buiten waar ze van een beschermde vrijheid kunnen genieten. De merrie, een dertien jarige schimmel, heeft hier inmiddels drie veulens voortgebracht met een goede afstamming. Ze blijven minimaal zes maanden bij de moeder. Momenteel heeft Piet twee pensionpaarden van andere eigenaren in de stal. Het Friese paard Arno en het draverspaard Lady. 

De schimmel doet niet meer aan springconcoursen mee. In de internationale paardensport kunnen paarden op hun zestiende nog meedoen.

Inmiddels is het veulen Parezza ZR zijn achtste paard om voor het springen te laten trainen. Het veulen is op 23 februari geboren. Piet heeft het idee dat de merrie eerst op hem heeft gewacht voor de geboorte kon beginnen. Met camera’s kan hij ze altijd in de gaten houden, en hij zag dat dat ze extra onrustig was. De geboorte heeft een uur in beslag genomen. Om halfelf waren de vliezen gebroken en was om kwart over elf het veulen ter wereld gekomen.

“Binnen het uur moest het veulen gaan staan, en dan moet je opletten dat ze melk gaat drinken”, vertelt Piet. “Dat moet binnen anderhalf uur. Het verliep keurig.”

Als gewoon rijpaard worden ze door Zigterman Rustenburg zelf getraind. Dan hoeft een paard niet alle kunsten te kennen, zoals het zijwaarts en achterwaarts  kunnen lopen. Piet begeleidt ook beginnende ruiters die hij aanwijzingen en les geeft. Meestal zijn het dames die met paardrijden beginnen.

Ook het veulen wordt een springpaard. Dat doet Piet niet zelf, maar hij heeft inmiddels iemand in gedachten. “Ze moet eerst drie jaar groeien. Pas dan kun je zeggen, we gaan ermee beginnen. Hoewel daar ook verschillende ideeën over zijn. Er zijn mensen die zeggen dat je een paard eerst 4 of 5 jaar moet laten groeien. Anderen zeggen juist, je moet er op tijd mee beginnen. Zodat het paard qua groei er ook naartoe kan groeien. Zodat zij niet teveel belast wordt.”

Paarden hebben elk hun eigen karakter en zijn als sociale wezens echte gevoelsdieren. Ze zijn sensitief voor emoties. En ze kunnen genegenheid geven. Ook in die zin binden ze zich gemakkelijk aan mensen. Paarden kunnen ook herkennen of iemand zich op zijn gemak voelt. Dan voelen paarden zich ook op hun gemak en komen ze naar je toe. Er zijn ook trainingen van managers met behulp van paarden. Paarden kunnen zien (voelen) hoeveel overwicht een manager geeft.