Tekst en foto's Henk Drenth
Video Gerard Martens en Willem van der Werf

Bij de Centrumondernemers is veel animo voor heropening van de Kerkstraat voor doorgaand autoverkeer. Bijna iedereen staat ervoor open, en men hoopt dat het voor meer reuring gaat zorgen.

Mevrouw Kalsbeek uit Veendam vindt het te rustig in de Kerkstraat. Ook op de zaterdag. “Als er iets georganiseerd wordt is het druk, maar anders is het te rustig”, zegt ze. Tijdens de rondgang naar meningen kwam ook de crises ter sprake. Door een ondernemer wordt ook Autorama als factor genoemd. Een echtpaar uit Borgercompagnie vindt een echte winkelstraat veel meer uitstraling hebben dan de overdekte passage. “Dat is zo kil en niet intiem. De Kerkstraat heeft veel meer sfeer met gezellige terrasjes”.

“Het is ook heel het plaatje dat moet kloppen”, zegt een Kerkstraat ondernemer. “De Kerkstraat moet gezelligheid uitstralen. Leegstand maakt niet gezellig, en komen er minder mensen. Ondernemers willen zien dat er geconcentreerd wordt”. Iemand anders was positiever en noemt 20% leegstand nog geen probleem.

Joseph Kremer van juwelier Kremer; “het contact met de gemeente is goed, en het gesprek aangaan is het allerbelangrijkste. We willen gaan kijken wat we met de Kerkstraat gaan doen, en samenwerken is hierbij “the key”. De gemeente gaat inventariseren hoeveel ondernemers er voor zijn”.

“De Winkler Prins Passage is het drukst vanwege bepaalde type winkels, en het is overdekt. Veendam staat sterk door het centrumrondje. In de Kerkstraat staan winkels waar je doelbewust naar toe gaat, zoals voor een wasmachine of een televisie. Dat is niet echt shoppen. Dit soort winkels kun je beter in de Kerkstraat plaatsen en bereikbaar maken voor de auto. Het Promenadegebied is dan voor het shoppen, maar wel met behoud van de overlap voor het rondje.  De filosofie is dan het aanpassen van de Kerkstraat om het aantrekkelijk te maken voor bepaalde type winkels. En dan hopen dat  deze gedeelte binnen een tijdsbestek van 10 jaar tot een grotere winkelgebeuren opbloeit”.

“Het zijn prille ideeën om te zien of we er iets mee kunnen voor het centrum. Het zijn de meningen van de ondernemers, maar hoe denken de klanten erover. En gaan we er meer klanten door krijgen? Want klanten kunnen ook heel verschillende meningen hebben”.

“Een mevrouw is niet voor het idee om weer autoverkeer toe te laten vanwege de veiligheid omdat er te hard wordt gereden. Ook met het oog op kinderen”. 

Joseph Kremer; “ja, als je dat doet moet je belemmerende middelen gebruiken om automobilisten stapvoets te laten rijden, zoals verkeersdrempels en of bochten. De bedoeling is niet dat het een doorgaande weg gaat worden”.

“Deze mevrouw vindt een echte winkelstraat met terrasjes ook meer sfeer hebben dan een overdekt passage”.  

“Maar dat blijft een mening. Ik vindt ook een winkelstraat met verschillende pandjes mooi, waarin elk pandje een eigen identiteit heeft. Dat vindt iedereen leuk. Maar het pandje bepaald niet of het wel of niet leuk wordt. Dat doen de mensen die er lopen zelf. En de eigenaren van de winkels bepalen of de sfeer leuk is. Dat geeft ook een eigen emotie. Er is wel het hele totaalbeeld dat netjes moet zijn. Leegstand is niet leuk, drukte is niet leuk en alles hetzelfde is ook niet leuk. Daarom is er in Veendam ook de Passage voor overdekt winkelen, en in de Kerkstraat en Promenade half overdekt. En is er de keuze om zelf te kiezen. Het is een goeie mix”.

“Alleen al in de Kerkstraat zijn er vijf terrassen. In Winschoten en Stadskanaal zijn het er minder”. Henry Holwerda van Henry’s Eten & drinken vult aan, “tijdens het rondje heb je op ieder punt een groot terras”.

“We moeten het met z’n allen gezellig maken, goeie ideeën hebben en kijken of het op de lange termijn ook gezellig blijft” zegt Kremer. We moeten als ondernemers het met z’n allen doen. In Veendam gebeurd in vergelijking met andere plaatsen ook ontzettend veel, waarin Bogdike een heel grote speler is.  Een groot deel van de financiële middelen zijn afkomstig van de ondernemers. Je merkt soms dat we als ondernemers, bezoekers en als klanten kritisch zijn. Maar over de grote linie mogen we ook wel blij zijn met wat we hebben. Vanuit de ondernemersvereniging zijn we ook wel trots op wat we hebben. Dat mag ook best een keer gezegd”.

Henry Holwerda; “met het bereikbaar zijn per auto wordt ook de vulling van leegstaande panden vergroot. Een aantal steden in Nederland hebben dat al gedaan. Die straten zijn weer helemaal opgebloeid”.

“Waarom is dat hier nog niet gedaan?” 

“Het kwartje moet ergens een keer vallen. Het is op dit moment rijp om er over te praten. En dat er gekeken moet worden naar de mogelijkheden die er zijn. Via het Oosterdiep kun je erin, en via de Kerkstraat West er weer uit. Er zijn een aantal partijen die de koppen bij elkaar gaan steken, vastgoed, ondernemers en de overheid. Maar het is niet alleen dat. We zijn ook met de leegstand bezig”. Holwerda vindt Veendam echt een plek voor kleine zelfstandigen. “Ze hebben veel meer onderscheidend vermogen. Ze zijn er altijd en ze gaan bijna nooit failliet. Het is ook een omdenken. Bij de ondernemers, bij de ambtenarij en bij het vastgoed. Je moet ondernemers ook de kans geven om te kunnen ondernemen. En niet een huizenhoge huur vragen. Het mes moet aan drie kanten snijden. En als het weer goed gaat kunnen de huren ook weer omhoog. De trend naar lager is nu wel al ingezet”.