Nieuws

Boek over historie DWM/Avebe en verbondenheidmet SC Veendam verschenen



Nieuwsbrief SC Veendam

BOEK - Klaas Fleurke uit Veendam presenteerde op vrijdag 1 juni jl. het boek ‘De fabriek van mijn vader' over de geschiedenis van aardappelmeelfabriek DWM; later opgaande in Avebe.

Van oudsher is de band tussen fabriek en de voetbalclub SC Veendam innig geweest. Voormalig directeur R.T. Roelofs was ook voorzitter van de profclub en menig voetballer vond in de vorige eeuw ook emplooi bij deze onderneming.

Meest bijzondere geval was wel de Algerijnse speler Paul Amara, een van de eerste buitenlandse profvoetballers in de geelzwarte kleuren. Hij kwam er op de loonlijst te staan als pr-man, maar volgens de overlevering werkte hij geen minuut in de fabriek. Zijn aanstelling was echter nodig om hem aan een werkvergunning te helpen.

De enige international die Veendam ooit kende, Jaap Woltjes, werkte ook bij DWM. In 1936 werd hij uitgenodigd voor een oefenduel van Oranje tegen de Engelse profclub Nottingham Forest. Jaap kreeg vrijaf onder de voorwaarde dat hij de niet gewerkte uren moest inhalen.

 Maar het waren er veel meer: Onno de Jong (tientallen jaren elftalleider), Reinder de Jonge (secretaris), directeur Nico Frans Wilkens (als eerste voorzitter van de proftak) en bijvoorbeeld de spelers Mattheus Korte, Henk Georg, Piet de Vries, Max Rosies, Wout Bosman, Karel Liklikwatil, Sietse Boiten, Freddy Oldenburger, Hemmo Kerkhof, Roelf-Jan Tiktak en Hans Ooft.
Bart Nijland, die werkte op de afdeling verkoop van Avebe, was van 1960 tot 1993 bestuurslid van Veendam.

Hij vertelt in het boek: ‘De relatie tussen DWM/Avebe en SC Veendam is nooit contractueel vastgelegd. Het ging om mondelinge toezeggingen aan spelers. De ‘oude' Roelofs was een echte voetballiefhebber en is een beetje gestorven in het harnas. Ik kan het me het voorval op de hoofdtribune nog goed herinneren. Hij was goed voor z'n spelers. Jan Blijham is door hem groot geworden omdat hij bij alle Avebe-locaties oud-papier mocht ophalen.

Toch sponsorde Avebe in de tijd van R.T. Roelofs wel hoor. Dat Avebe later terughoudender werd met financiële steun richting voetbalclub ligt aan het feit dat het moeilijk uit te leggen was aan de boeren. Waarom in moeilijke tijden de aangesloten boeren niet uitkeren maar wel geld pompen in een noodlijdend profclubje? Nee, dat was niet uit te leggen.'

Het boek ‘De fabriek van mijn vader' is voor € 29,95 te koop in de boekhandel.
Uitgeverij: Profiel, Bedum.
www.profiel.nl
www.defabriekvanmijnvader.nl